dinsdag 31 januari 2017

Het gebroken geweertje

Daarnet zag ik een jongen op straat met een levensecht lijkend geweer. Ik dacht: dat die ouders die jongen met dat soort speelgoed laten spelen. Ineens herinnerde ik me: mijn ouders waren “van het gebroken geweertje”. Een speldje met een gebroken geweertje wilde zeggen dat ze pacifistisch waren. Geen geweld in huis en in de wereld.

De TV werd uitgezet zodra Hitler weer met zijn hoofd verscheen en heftige artikelen door mijn vader uit de krant geknipt zodat mijn moeder ze niet onder ogen kwam. Ik mocht niet met pistooltjes spelen. Het was me streng verboden en ik begreep het goed. Tenslotte hadden mijn ouders de oorlog meegemaakt en mijn moeder verloor haar halve familie, nadat ze met geweren uit hun huis waren gehaald. Mijn vader stond een nacht lang onder bedwang van een geweer met zijn armen omhoog op een tegel in het gemeentehuis van Hilversum..
Toch had ik diep van binnen zo’n enorm verlangen naar het spelen met een pistooltje. Pang, pang, zei mijn fantasie en ik keek jaloers naar kinderen op straat die zo’n ding hadden en achter elkaar aanrenden. Mijn moeder stond altijd voor het raam en als ik iets deed wat niet mocht hoorde ik driftige tikken met haar ring op het venster. Op een dag speelde ik om de hoek op een plein met een stel kinderen, buiten het zicht van mijn moeder. Van een buurjongetje mocht ik met z’n klapperpistooltje spelen. Oh, zaligheid om me helemaal te kunnen laten gaan en het rook zo lekker dat klappertje. Helemaal? Nou niet helemaal… een vaag sluimerend schuldgevoel maakte dat ik niet tot het uiterste kon genieten. Toch zat ik met een machtsgevoel van hier tot gunder achter andere kinderen aan die ook een pistooltje hadden. Pang, pang!
Met rode wangetjes van opwinding kwam ik thuis. “Jij hebt met een pistool gespeeld!!!” zei mijn moeder meteen en ze keek me strak aan. “Je moeder weet alles!” voegde ze er aan toe om mijn angst aan te wakkeren. En ik geloofde haar. Dat was de laatste keer in mijn leven dat ik met een pistooltje speelde en ik verlangde er ook niet meer naar. Daarna heb ik mijn agressie op een andere manier uitgeleefd tot ik er achter kwam dat het ook anders kan. Dus laat die jongen zich maar lekker uitleven hoewel liever met een waterpistool. Beter nu als spel dan later in het echt.



zondag 29 januari 2017

And the winner is...

Op de snelweg rij ik de maximale snelheid die ik mag rijden: 120 km per uur. Een auto rijdt al een tijdje voor me met dezelfde snelheid en ineens wil ik er voorbij. Ik zet de cruisecontrol op 122 en suis zachtjes voorbij mijn voorganger. Waarom??? Wat is dat in mij dat ik per sé voor wil rijden? Straks is er weer een volgende auto voor me en hup daar is die drang weer. Op dat moment beslis ik dat ik er mee stop en me aan de maximum snelheid hou, hoe dan ook. Nu blijf ik rustig en hoef niemand meer in te halen. Dat voelt een stuk beter en ik adem lekker uit.

We willen winnen en leven in een maatschappij waarin dat heel belangrijk is. Heel wat kinderspelletjes gaan over winnen. De één wint en de ander verliest en degene die verliest is de  'loser'. Een tijdje geleden hoorde ik mijn geliefde gillen en schreeuwen tijdens de wedstrijd Nadal en Federer. Zag een opmerking op internet van Federer: 'Tennis is een onverbiddelijke sport. Er bestaat geen gelijkspel, maar als dat wel zou bestaan zou ik het graag delen met Rafa", aldus Roger Federer in een eerste reactie na zijn winst op de Australian Open. Dat is een mooi statement en waarom niet? Waarom is het spelen van het spel niet genoeg omdat het spel zo fijn is en het kijken ernaar zo mooi of is het dan gedaan met de spanning?

Stel dat we in een maatschappij zouden leven waar het niet om winnen of verliezen ging maar om de schoonheid van het 'spelen' of het 'doen' van wat we creëren. In plaats van: 'wie is de mooiste, de snelste, de hardste en wie heeft de meeste wapens en de slimste strategie. Hoe zou het er uit zien? Ik hoor jullie denken: dat is een utopie of is dat mijn aanname? Volgens de God van Neale Donald Walsch bestaan er beschavingen waar geen competitie bestaat. Ze kennen het niet. Daar zou ik wel eens rond willen lopen en ervaren hoe dat voelt. Geen winnaars en geen verliezers, geen overleven maar leven. Af en toe voel ik het van binnen en soms ook met de mensen om me heen die me dierbaar zijn en hier op facebook met iedereen die bezig is om er iets moois van te maken.

Er is nog een hoop te doen voor we in een vredige wereld leven maar helemaal uitgesloten is het niet. Wat als het in de politiek niet om het winnen gaat en de meeste stemmen maar samen ideeën bespreken die ter verbetering van de leefomstandigheden zijn en samen zoeken naar oplossingen in plaats van elkaar de mond snoeren met de beste kwinkslag. Worden we ooit zo volwassen?

Tijdens een training Studiekeuze aan de Vu antwoordde  een studente op de vraag hoe ze haar toekomst ziet: "Ik zou graag werken voor wereldvrede met mensen die dat ook willen maar dat zal wel een utopie zijn." Ze vertelde het met rode wangen en met een blik van: "Sorry dat ik dit opper en het zal wel stom zijn." Gelukkig ken ik heel wat mensen die hier mee bezig zijn. Neem Hranush Shahnazaryan en Ramon Vermij. Ze geven trainingen voor de afdeling 'Loesje' in Armenië. Ze werken met jongeren van over de hele wereld om elkaar en zichzelf te leren kennen. Ach, er zijn zoveel ongelooflijk mooie projecten over de hele wereld met mensen die niet bezig zijn met winnen maar met de aarde redden, met geweldloze communicatie en het bewerkstelligen van vrede in het eigen hoofd en hart en de wereld aan het denken zetten over hoe we anders met elkaar om kunnen gaan.

In alle Trump-consternatie geven de reacties van over de hele wereld me hoop en een warm hart.





woensdag 25 januari 2017

Mimosa in januari

Tussen al het machtsgeweld in de wereld zou je bijna vergeten dat er momenten zijn die boven alles uitstijgen:
Zestien jaar geleden liepen Quiny en ik rond in Vezelay in de Bourgogne. Een prachtig stadje met een gigantische kathedraal waar pelgrims van over de hele wereld komen om verder te lopen naar Santiago de Compostella. We kwamen bij een oude waterput aan en op dat moment rinkelde mijn mobiel. Het was Quiny's nicht en ze vroeg: "Mar, wil je heel voorzichtig aan Q vertellen dat haar moeder is overleden?" Ik schrok natuurlijk en vroeg Quiny op de rand van de put te gaan zitten en vertelde haar wat er was gebeurd. Haar moeder heette Mimosa en werd Mimi genoemd. Ze was geboren in februari wanneer de eerste mimosa in bloei staat in het Zuiden van Frankrijk. Ze kreeg elk jaar een bos mimosa op haar verjaardag.
Een paar jaar later wandelden we weer in Vezelay met twee vriendinnen. Dit keer in december. We liepen langs de waterput en we vertelden wat er daar een paar jaar eerder was gebeurd. Op dat moment plaatste een vrouw een enorme vaas met mimosa in de etalage tegenover de put.


woensdag 11 januari 2017

De laatste verhuizing van mijn vader

We werden uitgenodigd voor een familiegesprek in het huis waar mijn vader, toen drieënnegentig, woonde. Ik dacht: wat goed dat ze zo contact met de familie houden maar tot onze schrik vertelde men ons dat mijn vader daar weg moest omdat hij te goed was voor een verpleeghuis. Men had ons twee maanden daarvoor zelf gevraagd te blijven omdat hij niet meer naar huis kon na een flinke urineweginfectie en ze hadden meteen een kamer voor hem. Ze wisten mijn vader en mij te overtuigen dat hij daar prima zou wonen en alle verzorging zou krijgen. Ik was opgelucht om de zo voor de hand liggende oplossing omdat ik ook wel zag dat hij niet terug naar huis kon. Mijn vader was snel gewend, mensen waren vriendelijk, hij had alles wat hij nodig heeft binnen handbereik. Het was een kwartier fietsen van mijn huis en ik was gerust: Hij zit daar goed. We haalden zijn huis leeg en gaven al zijn spullen weg omdat hij nu maar een kleine kamer had waar niet veel in kon dan het hoogst noodzakelijke.

In eerste instantie schrok ik. Waarom hebben ze dat niet meteen gezegd? Hij was niet tot meer in staat dan toen. Zijn ogen gingen erg achteruit en daar was niets meer aan te doen. Hij liep heel slecht en wankelde al als je hem aankeek en hij was bijna doof. Toch kregen ze de indicatie niet rond. Ze vonden het heel moeilijk om te vertellen omdat ze ook wel zagen dat hier een fout was gemaakt. De maatschappelijk werkster van het huis dacht goed mee. Ze schrok er ook van maar kwam al snel met een oplossing. Een huis bij ons in de buurt had net nog een kamer over. Nog dichterbij richting Vondelpark en ze gaven daar ook alle zorg die hij nodig had. De volgende dag ging ik meteen kijken en het zag er heel gezellig uit. Eerlijk gezegd veel intiemer en knusser dan waar hij tot nu toe zat. Er waren veel mondige dames waar hij mee zou kunnen praten. We schaften via marktplaats weer een leuke bank aan en kasten omdat hij nu een grote ruime kamer had met uitzicht over deftig Amsterdam, wat hij helaas zelf niet kon zien. Er was veel meer leven om hem heen en vrijwilligsters die met hem kwamen praten. Er was een echte kok met echte toetjes, niet uit een plastic bakje.

Mijn vader liet alles gelaten over zich heen komen: "Ik neem een afwachtende houding aan." Hij zag ook voordelen omdat hij een toilet voor zichzelf kreeg en niet hoeft te delen met een wat grimmige dame die aan de andere kant van het toilet woonde wat vaak mis ging als de één vergat de deur van de ander te sluiten. Mijn vader is met zijn ouders in zijn jeugd heel vaak verhuisd en hij zei: "Nou dan verhuis ik nog een keer, dat ben ik wel gewend" en "Ach, het is weer iets nieuws." Avontuurlijker dan ooit want hij deed altijd alles het zelfde als altijd, zonder uitzondering. Hij heeft nog een flink jaar heel prettig gewoond in het Emmahof voor hij zijn aan allerlaatste verhuizing begon. De verzorgers waren hartverwarmend en dachten lekker mee en steunden mij ook in de laatste fase van zijn leven.

Zo zie je maar een schokkende mededeling kan soms toch voor positieve verrassingen zorgen en ik ben trots op de houding van mijn vader. Wil niet zeggen dat ik er een voorstander van ben dat er zo met ouderen gesold wordt want ik weet dat het vaker gebeurd. De veranderingen in de zorg leiden vaak tot drama's en ik hoop dat een nieuwe regering een hoop recht gaat zetten. Goed opletten hoe we stemmen en dat de partijen zich aan hun verkiezingswoord houden. Ai...


Nico Ruijterman