dinsdag 30 maart 2010

Koek van eigen deeg

Heb ik toch altijd gedacht dat ik niet iemand ben die op uiterlijk let. Nou ja… niet op kleding, dat zie ik vaak niet eens. Als je me vraagt na een avond met vrienden, wat ze aan hadden, weet ik het meestal niet. Wel hoe hun ogen stonden of hoe de sfeer was. Ik ken mensen die weten precies uit te tekenen wat iemand aan had tot in de details.
Ik zie mezelf niet als iemand die mensen beoordeelt op hun uiterlijk. Toch bleek weer eens dat dat beeld van mezelf totaal niet klopt.

Twee gebeurtenissen tikten me op de vingers. Twee keer bezocht ik een lezing van een wijs man en wat hij zei was zeer waardevol. Het enige vervelende was dat hij op een oom leek waar ik nogal een hekel aan had in mijn jeugd. Het zelfde gezicht, alleen had hij een staartje. Daardoor kon ik niet goed naar hem luisteren en werd mijn beeld versluierd door het beeld van die oom. Ik probeerde me telkens te vervrouwen en me te concentreren op wat voor wijsheden hij te berde bracht. Dan lukte het weer even en toch kwam mijn oom er weer tussen. Ik werd er zelf niet veel wijzer door.

Het tweede was het volgende: Hanneke Groenteman leverde een tijd geleden op haar weblog commentaar op het uiterlijk van twee kunstenaressen die bij “De wereld draait door” zaten. Gerti Bierenbroodspot en Marte Rőling zijn twee kleurrijke oudere vrouwen en Hanneke noemde ze spoken. Ik mailde haar een wat bestraffende mail dat ze die vrouwen in hun waarde moest laten en dat het juist heerlijk is dat die vrouwen zo zichzelf durven te zijn. De volgende dag zette ze mijn mail op haar weblog en schreef dat we (er waren meer reacties) wel gelijk hadden. Ik vond het groots dat ze op haar eigen woorden terugkwam en blij liet ik het stukje lezen aan mijn vriendin.

Een uurtje later ging ze naar de sportschool. Ze had zich volledig opgemaakt en meer dan anders. Ik vroeg: “Waarom heb je zoveel make-up op? Is dat niet overdreven voor de sportschool?” Zegt ze: “Wil je een koek?” “Wat bedoel je?” vroeg ik. Dit was duidelijk niet het moment om een koek aan te bieden. “Nou, een koek van eigen deeg!”





zondag 28 maart 2010

Mijn vorige leven als jongetje

Veertien jaar geleden ging ik naar een reïncarnatie-therapeut. Ik werd nieuwsgierig door het enthousiasme van een vriendin die zo'n sessie meemaakte. Een vriendelijke heer met sik ontving me in een chique villa en ik mocht op een keurig bed liggen.

De man telde snel terug van vierenvijftig naar steeds vroeger in mijn leven en af en toe stopte hij en dan hup: was ik er meteen: Zag mezelf als tienjarige in bed boekjes lezen. Dan vroeg hij: "Wat doe je?" "Boekies lezen"... hoorde ik mezelf zeggen met een kinderlijk klein stemmetje en een Amsterdams accent. "Wat voor boekjes?" "Stripboekies." Ik sprak vroeger nogal plat Amsterdams. Terug in de tijd en verder en verder... tot ik mezelf terugzag als jongetje in een klein steegje in Amsterdam. Spelend met een kruiwagentje. De zon scheen en ik voelde me heerlijk en het leven was vol beloften. Mijn moeder zag ik in een donker klein grauw kamertje in een hoekje zitten. Daarna zag ik mezelf op een kantoor werken. Een kale saaie ruimte en ik haatte het. Maar ik bleef. Jaren en jaren op dat kantoor. Ik hoorde mezelf steeds zeggen: "Nah, is dat 't nou? D'r is niks an." Zo leefde ik voort tot ik op straat neer viel en stierf.

Ik kwam in een mist en dat duurde erg lang. Tot de mist optrok en ik naar mijn leven kon kijken. Ik zag alle gemiste kansen. Ik had alleen maar naar buiten hoeven lopen en ik was vrij geweest. Ik had alleen maar wat fruit hoeven inkopen en verkopen op de markt. Of lopen tot ik bij een boerderij kwam en mijn diensten aanbieden en dan weer verder. Ik had zo die deur uit kunnen lopen, maar had het niet gedaan. Ik voelde zo'n spijt in me opkomen. Een vlammende pijnlijke spijt. Ik had mijn leven verpest. Achter me hoorde ik stemmen die zeiden: "Je hoeft niet zo te treuren, je bent oneindig en je kunt elk moment nieuwe keuzes maken" Op dat moment nam ik me voor in een volgend leven het zo interessant mogelijk te maken. Dat gaf ruimte.

Dat was het. Geen interessante koningsverhalen of slavernij of oorlogen... nee, een doodsaai leven. Terwijl ik naar huis reed voelde ik me zalig. Als dit het volgende leven is dan heb ik het inderdaad zo interessant mogelijk voor me zelf gemaakt. Ik geniet van elke dag. En ik kan me vele momenten herinneren dat ik dacht: "Ik hoef hier niet te blijven, ik kan zo de deur uit lopen." Niet voor niets heb ik tot mijn vierentwintigste vierenvijftig baantjes gehad op diverse kantoren alvorens ik ging studeren. Nog een flinke dip voor mijn dertigste en daarna koos ik voor een zeer interessant leven. Eerst als shiatsumasseur en vervolgens als trainer en coach. Mijn zoektocht werd een openbaring. Er is zoveel meer te beleven dan ik ooit dacht en dit leven levert me zoveel waardevolle momenten en ontmoetingen op dat ik er over kan blijven schrijven.

De volgende dag fietste ik naar mijn geliefde Vondelpark en op het terras zat iemand die ik al jaren ken. Ze zat te somberen. Ik vertelde haar het verhaal van mijn reis in de tijd van de vorige dag. Ze klaarde helemaal op. "Verhip" zei ze. "Dat is precies waar ik tegen aan hik. Ik werk al vijfentwintig jaar bij hetzelfde bedrijf en ik wil al jaren iets anders doen waar ik ook voor heb gestudeerd maar ik durf niet. Dit is het... ik hou er mee op!" Een paar dagen later kreeg ik een mail dat ze ontslag had genomen. Nu krijg ik mails van haar vanuit het buitenland waar ze haar huidige werk doet.
Zo zie je maar... waar of niet waar, het is altijd ergens goed voor.



De reincarnatietherapeut is Fons van den Heuvel van www.sefos.nl

Uit: 'Niets meer te bewijzen'

maandag 15 maart 2010

Hoogmoed komt voor de val

Kennen jullie dat? ... Opeens gloei ik van inspiratie en ren naar mijn computer om te schrijven. Binnen de kortste keren staat ie en ik voel dat dit een goed, rond en wijs verhaal is waarmee ik de wereld ga veranderen. Vol verwachting laat ik hem aan mijn vriendin lezen, zegt ze: "Die zin klopt niet." "Ja, maar lees nou even wat er staat... dat is veel belangrijker"... dan leest ze even verder en zegt: "je bent hier een woord vergeten."
Pfffffffffffffff daar gaat mijn inspiratie en ik zak weg in de wereld van woordjes en zinnetjes. Dan zit ik er wat verwezen bij terwijl mijn vriendin mijn column fileert.
Tot ik me realiseer dat het geweldig is dat ze dat doet. Dan ga ik weer recht zitten en kijk mee. Oeps nog een fout gevonden. Uiteindelijk zegt ze zuinig: "Ja, wel een leuk verhaaltje"
Daarna stuur ik het naar mensen waarvan ik zeker weet dat ze eerst het stuk lezen om de inhoud. Komt er altijd eentje terug dat mijn gevoel niet klopt of dat ik te licht ben. Ja, als columniste die haar gevoelsleven en gedachten de wereld in stuurt moet je stevig in je schoenen staan en goed tegen kritiek kunnen.
En dan de complimenten.. heerlijk. Genieten en zweven van geluk. Weer een column geplaatst in de krant, weer een mooie reactie en een aanvraag voor een coachtraject door wat ik schreef... wat een geluk en een weelde.
Dan zegt mijn vriendin: "Je schrijft toch over ego's en hoe je die los kunt laten?"
Het is een schat hoor maar broodnuchter en ze haalt me netjes weer terug naar de aarde. Heb haar deze nog niet laten lezen. Het is zondagochtend en ze slaapt nog. Dus als jullie fouten lezen, weten jullie hoe het komt.




donderdag 4 maart 2010

Ingefluisterde Intuïtie

Er zijn verschillende momenten in mijn leven die bepalend zijn geweest voor de manier waarop ik in het leven sta en mijn werk doe. Het volgende is mij werkelijk overkomen. Ik werkte inmiddels al enkele jaren als trainer/coach voor diverse bedrijven en was vreselijk trots op mijn werk. Ik kreeg mooie opdrachten en tijdens de feedback en evaluaties hoorde ik enthousiaste reacties. Niet alleen op de werkvloer, maar ook in privé situaties bleken de trainingen zeer praktisch en bruikbaar te zijn.
Op een dag liep ik over straat in Amsterdam, ergens in de Pijp en las op een groot bord: 'Ontmoet uw gidsen'. Nieuwsgierig liep ik naar binnen. Een prachtige jongeman uit Indonesië vertelde dat hij als medium voor mij contact kon maken met mijn spirituele gidsen. Trots als ik was wilde ik wel eens een applaus krijgen van 'de andere zijde'.

Mijn eerste vraag was: 'Wat vinden jullie van mijn werk?' in de volle overtuiging dat ze me zouden overladen met complimenten. Helaas, het antwoord was dat ze niet zo tevreden waren. Ik schrok: 'Waarom niet? Wat is er dan?' vroeg ik. 'Je luistert niet naar ons', kreeg ik door. 'We proberen je steeds te inspireren, maar je staat er niet voor open, je werkt met je hoofd en werkt een lijstje af.' 'Nou vertel dan maar, wat willen jullie dat ik anders doe?' Dat was niet mogelijk. Het kon alleen maar op het moment zelf. Dan moest ik me open stellen voor de inspiratie. 'Maar hoe moet dat dan?' vroeg ik weer. Dat werd niet helemaal duidelijk en daar moest ik het mee doen.

Teleurgesteld en ietwat beledigd liep ik naar huis. Hoe moet ik me nu openstellen? En waarom waren mijn trainingen en coaching 'voor de andere zijde' niet goed genoeg? De volgende dag gaf ik een training bij het Energiebedrijf in Amsterdam, tegenwoordig NUON. Voordat de mensen binnenkwamen en de training begon, en nadat ik alles had uitgestald en het programma op de flip-over had geschreven ging ik op een tafel zitten. 'Zo jongens', zei ik half naar boven kijkend, 'als jullie iets willen zeggen, doe het dan nu meteen even. Ik sta open voor jullie ideeën.' Het bleef stil en er was niets te zien of te horen.

De mensen stroomden binnen en de training begon. Ik had alles op een rijtje. Van de kennismaking tot en met de evaluatie. Na ongeveer een uur zette ik het programma stop. 'Laten we allemaal tien minuten helemaal stil zijn', zei ik tot mijn eigen verrassing. Normaal deed ik dat nooit. Veel te eng. Wie weet wat de mensen zouden denken. Zweverig gedoe. Tot mijn verbazing deed iedereen mee en ze vonden het geweldig. Allemaal. Ze kwamen tot rust en hadden ruimte in hun hoofd gekregen, zeiden ze. Ik voelde me geweldig. De volgende dag gaf ik weer een training, hield mijn praatje met de gidsen en ook daar zette ik het programma stop om weer iets anders te doen. Ik hoorde niets, zag niets… deed alleen wat er in me opkwam. Een plotselinge opwelling. Niet over nagedacht… zo maar spontaan en het was altijd het hoogtepunt van de training.

De volgende week had ik schilderles in Zwanenburg. Ik kwam binnen en de schilderjuf zei meteen: 'Marja, er staan twee figuren achter je te dansen en te springen.' 'Hoe bedoel je?' Ik keek achter me en zag niets. 'Het zijn je gidsen, ze zijn dolblij en ze zeggen dat je eindelijk naar ze luistert. Heb jij iets in je trainingen veranderd?' De vrouw wist helemaal niets van wat er die week ervoor was gebeurd en van de ontmoeting met de Indonesische jongen. De rillingen liepen over mijn hele lichaam. Ik realiseerde me, het is dus waar! Het is echt!

Vanaf die tijd houd ik altijd voor ik naar mijn werk ga een praatje met de gidsen. Onderweg in de auto bijvoorbeeld. Ik luister meestal naar het nieuws of naar radio 5. Lekker oude liedjes meezingen. Dan zet ik de radio uit en zeg: 'Ik ga niet voor niets naar Groningen vandaag. Er is iets te doen daar en jullie doen het werk. Dus laat het me maar weten. Ik sta er open voor.' Ik stel me open en laat me inspireren en laat de ingefluisterde intuïtie het werk doen. Heel af en toe vergeet ik het. Maar gaandeweg kom ik er vanzelf achter en doe ik het tijdens de training. Het werkt altijd. Ik ben ontspannen in wat voor situatie ook en er zijn altijd mensen diep geraakt. Ik voel mijn energie stromen en het gaat allemaal vanzelf.

Tip: Het enige wat je hoeft te doen is: stel je open voor je gidsen, het universum, God of dat wat voor jou relevant is. Het gaat om de intentie dat je jezelf als doorgeefluik ziet. Je hoeft het zelf niet te doen... Laat het gebeuren en vertrouw er op.