vrijdag 22 december 2017

Het mysterie van de verdwenen salade

Mijn vriendin zei: “we hebben zaterdag afgesproken met onze vriendinnen ergens aan de Vecht te eten.” “O, leuk”, zei ik want ik vind de Vecht prachtig. “Het is in een heel speciaal restaurant” zei ze voorzichtig, want ze kent me. “Hoe speciaal?” vroeg ik achter-dochtig… “Nou met een chef-kok en haute cuisine..” “Toch geen liflafrestaurant?”

Ik hou van lekker volle borden met mogelijkheid tot Vlaamse friet en een lekker visje. Of iets vegetarisch en liefst nog macrobiotisch… als mijn bord maar vol ligt. Heb ooit eens ergens gegeten voor heel veel geld en daar kreeg ik een vierkant blokje dat aardappel bleek te zijn en een stukje gras mooi gedrapeerd over een lik honing. Kosten: vijftig gulden toen nog, waarna we naar de snackbar zijn gegaan om echt te eten.

Mijn vriendin vond het wel spannend om het restaurant te bezoeken en na wat mokken gaf ik me over en we gingen. De ambiance was prachtig en onze vriendinnen zaten al aan de wijn. Ik had ze lang niet gezien en er was veel bij te praten. Dat was wat ingewikkeld want om de haverklap kwam de serveerster ons vertellen wat er allemaal in de gerechten zat. Dat duurde wel een kwartier per gerecht. Het aantal ingrediënten hadden ze weten samen te persen tot vingerhoed-formaat. Bij de eerste gang kwamen er inderdaad precies drie vingerhoedjes naast elkaar op een bordje.

De serveerster zei: "links van u is de salade". Ik keek links maar zag niets. Onze vriendin aan de linkerkant zat te knikken maar ik zag bij haar ook geen salade. Links van haar stond een prachtige kast dus ik dacht misschien zit daar de salade in… niets. Ik zei tegen de serveerster: “ik zie geen salade” waarop ze met haar pink wees naar het linker vingerhoedje. Dat is de salade. Daarnaast een vingerhoedje van kastanjes gedrapeerd door twee flinterdunne ui schilfertjes. En daarnaast een roze vingerhoedje dat zo moezig was dat het niet meer definieerbaar was.

Toen moest er wijn worden gekozen. Vriendin Anna was degene die de wijn proefde voor het ingeschonken werd. Ze is expert op het gebied want ze heeft cursussen gevolgd in Frankrijk. Professioneel zette ze het glas aan haar lippen en nam een slok. Ongeveer drie minuten liet ze de wijn door haar mond gaan. Het hele restaurant viel stil en ik voelde de adem van de serveerster en alle andere aanwezigen stokken. Ook de mijne zat ergens in mijn keel… eindelijk slikte Anna de wijn door en knikte geruststellend. Het was goed. Als één ademde het restaurant uit. “Dat was spannend”, verzuchtte mijn vriendin. En dat was het ook. Een regelrechte thriller want ik was als de dood dat de wijn terug moest. Dat heb ik van mijn moeder. Die durfde alles maar ze vond het eng mayonaise bij het eten te vragen in een restaurant en we moesten allemaal ons bord leeg eten anders zou de ober boos worden.

Daarna kwam een krab-iets met allerlei ingewikkeldheden erin. Een veeg mayo als kunstuiting er naast gesmeerd op een leien bord. Dat leien bord was een kunststuk op zich. Het krab-iets smaakte precies als huzarensalade uit een pakje en daar had ik het bij moeten laten. Want die krab bleef ergens boven mijn maag steken.

Ik moet toegeven; de dorade van vijf centimeter was verrukkelijk en het ronde aardappelachtige ringetje dat er op lag met het gat in het midden was zalig.

Tamme eend was het vierde gerecht. Hoe ze die eend tam hadden gekregen, ik weet het niet. Ze hadden hem waarschijnlijk pootjes leren geven en in huis gehouden. Tot het moment dat de topkok dacht… "nu is het moment" en hem de nek omdraaide. Nu lag hij in vijf ministukjes op mijn bord met een piepklein aspergetje dat mijn vriendin stiekem van mijn bord griste. Ik denk dat ze trek had.
Eigenlijk voelde ik me toen al sinds het krab-iets niet zo goed maar ik vond het zonde om op te geven. Tenslotte had ik mij nog niet vol gegeten en ik vermoedde al dat de rekening niet gering zou zijn.

Uiteindelijk kwam het toetje dat zo dampte van het stikstof dat ik het niet durfde aan te raken. Het bleek koud dus dat viel mee. Boven het enorme rook verspreidende glas lag een piepklein glaasje met chocolade. Daar ging het helemaal mis. Niet alleen omdat ik mijn vriendinnen niet meer kon waarnemen maar ook omdat ik naar buiten moest rennen omdat mijn maag nu wel erg opspeelde.

Jammer, de koffie kon ik niet meer aan en de schaal met prachtige bonbons moest ik laten. Gelukkig had ik mijn humor nog toen de rekening kwam van tweehonderdendertig euro. Het was een aanbieding, normaal was het vierhonderdenzestig, het dubbele. Terug in de auto, ons haastend om snel op mijn eigen wc los te kunnen gaan, zeiden mijn vriendin en ik tegen elkaar: "we hebben wel gelachen voor dat geld."


Uit: Niets meer te bewijzen


maandag 11 december 2017

Over grijs en vuil, oorlog en wat de wereld nu nodig heeft...

Gisteren liepen we bij het Centraal Station in Amsterdam. Het was grijs en vochtig koud buiten. We waren op weg naar de Eye om de film 'Les uns et les autres' te zien. Een klassieker uit 1981 met prachtige muziek en een indrukwekkend verhaal van verschillende families voor, in en na de oorlog. We liepen door de vernieuwde hal van het Centraal Station en ik was onder de indruk hoe mooi het is geworden. Via de hal naar buiten het grijs in naar de pont waar je gratis mee naar de overkant van het IJ vaart. In de verte zag ik over de huizen heen de dikke zwarte wolken uit een fabriekspijp komen. De rook vermengde zich met de 'gewone' wolken.

Het is maar een heel klein stukje varen naar de overkant en ik keek naar het donkere water en aan de overkant aangekomen zag ik blikjes, plastic flesjes en allerlei papier tegen de stenen van de wal plakken. Ik dacht stel je nou voor dat ik een dag lang alles opschrijf wat lelijk is en wat afschuwelijk is. Krijg vaak te horen dat ik te vrolijk en te licht ben en de ellende niet meer zie of voel na mijn transformatie. Als ik die mensen nu eens tegemoet kom en meedoe. Een dagje maar. Ik vertelde aan mijn vriendin wat ik dacht en begon het een en ander op te sommen. Mijn been doet zeer als ik loop, al die trappen van de Eye op, achter de Eye staan wat lelijke moderne gebouwen gebouwd door sombere architecten die de toekomstige wereld niet vrolijker willen maken.

We haalden onze kaartjes die we hadden besteld bij de kassa en we waren een uur te vroeg. Dus eerst koffie in een gigantisch zeer modern restaurant. Het spijt me, mijn voornemen ging meteen al de mist in toen ik het licht door de wolken heen zag breken. Aan de overkant van het water zag ik interessantere futoristische gebouwen in dat licht met het donker en het grijs. Het was adembenemend mooi. De koffie was zalig, de bediening vriendelijk en we hadden het leuk samen. Al snel was ik mijn voornemen vergeten. Tot ik de film zag. Het begon met prachtige muziek en vrolijke beelden van voor de oorlog in Amerika, Duitsland, Rusland en Frankrijk maar al snel zagen we de eerste nazivlaggen wapperen. De grauwheid en de wreedheid die al die levens overhoop gooiden, de concentratiekampen, het vergassen, de dappere Amerikaanse jongens die uit de lucht werden geschoten, de jonge musicus die nog even trots was dat zijn pianospel werd gewaardeerd door Hitler kwam vijf jaar later kapot terug bij zijn vrouw en hoorde dat hun kind was omgekomen bij een bombardement door de geallieerden.

Na de oorlog probeerde iedereen zijn leven weer op te bouwen en zagen we Franse jongens thuis komen na de oorlog in Algerije. Zo gaat het maar door tot op de dag van heden. De gruwelijkheden gaan door en daar zal ik gelukkig bij blijven? Iemand schreef me, en het zijn er meer, mensen die groot verdriet kennen: "Marja, diep van binnen huist een groot verdriet en dat wil je niet zien." Ja als sommige mensen zelf verdrietig zijn zoeken ze het verdriet ook bij anderen. We willen herkenning. Dat had ik vroeger ook. Ik kon het me niet eens voorstellen dat zulke mensen bestonden en was verschrikkelijk jaloers. Natuurlijk zou ik het leven anders willen zien... de aarde weer zo groen als in mijn jeugd, vrede tussen landen, iedereen even gelijkwaardig en leven zonder minder of meerder waardigheidcomplexen. We maken er een zootje van met z'n allen. Ik voel en probeer het onderliggende grote verdriet waar ze het over hebben te voelen... er komt niets... wel een diep gevoeld geluk over mijn ontdekkingen.

Het is niet anders nu maar we kunnen er ook anders naar kijken. Tussen de gruwelijkheden zijn er mensen die anderen redden, In de kampen waren mensen die anderen moed in spraken of een deel van hun schamele brood gaven. Mijn moeder verloor haar halve familie in Sobibor. Nu ik na haar dood contact met haar heb vertelt ze hoe ze hen weer zag en hoeveel pret ze nu samen hebben. Dood bestaat niet! Mensen met complexen komen er achter dat het allemaal maar gedachten waren en komen tot bloei. Cynici komen er achter dat het alleen maar een overlevingsstrategie was en komen bij hun zinnen. Steeds meer mensen krijgen Bijna Dood Ervaringen waardoor ze weten en heel ​graag doorgeven dat de dood niet het einde is. 

Toen ik als coach begon was ik nog een van de weinigen en nu is half Nederland coach, als het niet meer is en dat betekent dat we naar onszelf durven kijken, wijzer worden, onszelf terugvinden en het door willen geven. Er zijn mensen zoals Artsen zonder grenzen die hun leven wagen. Daklozen die hun eten delen. Racisten die er achter komen dat ze verkeerd zaten en vluchtelingen gaan helpen. Jonge geniën die knappe oplossingen bedenken om plastic in de oceanen op te ruimen. Jullie die dit lezen die allemaal wel iets doen om de wereld wat mooier te maken, van petities tot het bewustmaken dat er ergens hulp nodig is, tot vluchtelingen kampen bezoeken en actie voeren als er een onrechtvaardigheid plaatsvindt. Met elkaar zijn we allemaal lichtjes die samen één groot Licht zijn als druppels in de oceaan.​
Als we eeuwig zijn dan hebben we eeuwige tijd en meerdere levens om door al die fases heen te gaan. Ik zag vroeger ook alleen het vuil en het grijs. Dat maakte dat ik vuil en grijs doorgaf.

Ik heb besloten er niet mee door te gaan  alleen maar ellende beschrijven. Dat licht tussen het grijs door liet het me weten: "Laat maar Marja, dat hoeft niet meer. Dat weet iedereen wel wat voor gruwelijks er speelt. De wereld heeft nu iets anders nodig."

Ten eerste wil en kan​ ik geen ellende meer doorgeven. Ik ben er inmiddels jaren in getraind het goede te zien in ons en de 'son' achter de wolken zoals mijn moeder altijd zei. ​
​Ten tweede: mijn been doet pijn met lopen maar niet als ik dans dus ik moet wel dansend door het leven gaan.





zaterdag 2 december 2017

Jaloezie en de bevrijding

Oh, wat was ik jaloers. Op vriendinnen die vast anderen leuker zouden vinden dan dat ze mij vonden. Ik hield ze uit elkaar voor zover dat mogelijk was zodat ze elkaar niet zouden ontmoeten want dan zouden ze elkaar leuker vinden en dat gebeurde dan ook. Ze werden nieuwsgierig naar elkaar en dat schept een band. Ik was jaloers op mensen die wel van alles studeerden of ouders hadden met geld waardoor ze piano konden studeren en huizen erfden. Ik was jaloers op vrienden van mensen waar ik verliefd op was. Op een nacht lag ik in bed met allerlei wraakgedachten en de jaloezie gierde door mijn lijf. Op dat moment realiseerde ik me dat het groen gif was en dat ik het mezelf aan deed. 'Hier moet ik vanaf!' dacht ik wanhopig. Het duurde nog een paar jaar maar het is gelukt. Wat er voor nodig was? Zelfrespect en zelfvertrouwen en een diep gevoel van waardig te zijn en goed genoeg. Wat een bevrijding was dat. Een ander kan ons 'gat' niet opvullen. Dat is onmogelijk. Net als te veel eten of drinken dat niet kan. Verliefdheid kan een verslaving worden. We kunnen ons verslaven aan mensen en dat maakt ons zo afhankelijk. Toch ben ik blij dat ik het heb meegemaakt omdat ik nu het verschil zo goed voel. Alsof ik jaren in een gevangenis zat en vrij kwam.

Mensen vertellen me tijdens coachsessies vaak dat ze jaloers zijn. Ik herken de rauwe woede en de afkeer en het gevoel dat de ander beter is dan ik. Niemand is beter en als we onszelf herontdekken blijkt dat we al die tijd vrij zijn geweest en onszelf in een gevangenis hebben gedacht. Door afgewezen te zijn in het verleden, omdat we niet hebben geleerd als kind dat we volwaardig zijn of gebeurtenissen niet hebben verwerkt en mensen of onszelf niet echt hebben vergeven. Ieder heeft zo z'n eigen verleden om mee te dealen. We zijn allemaal verschillend en uniek. Aan ons zaak om een avontuurlijke zoektocht naar wat ons kan bevrijden te maken. We kunnen er ook in blijven hangen maar dat is niet zo gezond en onnodig. Vrijheid geeft wijsheid, liefde zonder gedoe en de mogelijkheid te zien waar de mogelijkheden te vinden zijn.