vrijdag 28 maart 2014

Ik weet het niet!

Mijn vader kreeg ooit een baan aangeboden als meubelstoffeerder bij Fokker. Hij verdiende het minimumloon en deze baan was een geweldige kans. Op het moment dat hij zich realiseerde dat hij ook stoelen van gevechtsvliegtuigen moest stofferen, haakte hij af. Mijn ouders waren van het gebroken geweertje (voor de jongeren onder ons: een speldje dat aangaf dat je pacifist was).
Ik was ook dol op principes en wist precies hoe de wereld in elkaar zat. Het werden er steeds meer. Van: “je gaat niet met je onderdrukker naar bed” tot: “ik ga niet meer om met vrouwen die nog met de onderdrukker omgaan.” Ik heb heel wat mannen weggekeken die op visite kwamen bij mijn woongroepsgenoten. Later bleken het erg aardige mannen te zijn, maar ik keek niet verder dan mijn neus lang was. Ik liep mee in allerlei demonstraties, en wist precies wat wel en niet kon en liet de mensen om me heen dat ook duidelijk weten.

Ik had een baantje bij een uitgeverij. Elke nacht ging ik tot een uur of vier stappen en was dus niet zo helder in de morgen. Ik zat al een uurtje te typen toen ik voelde dat er iets niet klopte. Ik las mijn typewerk en het bleek een niet-Joodverklaring te zijn. Mijn opa was Joods, hij heeft de oorlog niet overleefd en ik was ziedend. Dus stapte ik meteen naar de baas en tikte hem flink op de vingers. Vervolgens pakte ik mijn spullen en stond op straat.
Een tijdje later zag ik tegenover het COC in Amsterdam een auto staan van die uitgeverij. Ik rende naar de administratie om een dikke viltstift te halen. Met grote zwarte letters schreef ik op de witte auto: “Hier schrijft men niet-Joodverklaringen!” Een man stond naar me te kijken en hij vroeg me in het Engels wat ik deed. Hij bleek een Israëliër te zijn. “We have to put a bomb under the car!” schreeuwde hij.
Dat ging me nu net even te ver gezien mijn geweldloze opvoeding.
Even later vroeg hij mij wat er binnen in het gebouw te doen was. Ook dat vertelde ik hem. Daarop begon hij te schreeuwen dat het een zonde was. Net waren we nog aan dezelfde kant aan het strijden en nu waren we alweer vijanden.

Mijn principes kostten me heel wat banen. Ik weigerde: “Geachte heer” te typen als het ook een vrouw kon zijn. Ik vertrok meteen toen bleek dat de moertjes waar ik facturen voor moest typen voor geweren bleken te zijn. Ik deelde pamfletten uit voor demonstraties op mijn werk bij een keurige bank en weigerde nette kleren aan te trekken. Ik zei tegen mijn chef dat ik zijn driedelige maatpak ook niet mooi vond.
Ik liep mee in een pro-Palestijnse demonstratie, waar opeens een spandoek omhoog ging: “Dood aan Israël” en hup mijn benen weigerden dienst, want dat wilde ik helemaal niet. Alles ligt genuanceerder dan ik dacht.
Het idee van vijandschap blijkt nergens op te slaan.

Nu train ik mensen die me vroeger achterna zaten als ME-er. Die met geweren op het dak zaten van het Paleis op de Dam, terwijl ik aan de overkant voor het kraakpand in de zon zat tijdens de kroning. Het blijken prachtige mensen te zijn. Jaren later kunnen we er meestal om lachen en ik weet nu hoe bang sommigen waren. Het waren ook nog maar jongens en meisjes, net van moeders rokken vandaan en daar stonden ze in de vuurlinies. Ze wisten soms nauwelijks waar het om ging.

Tijdens mijn massageperiode masseerde ik de opdrachtgever van de ME-charges en we hadden diepe en vriendschappelijke gesprekken. We hebben alles uitgepraat. Het waren allemaal maar ideeën. De ander is slecht en deugt niet. We kenden elkaar niet en zagen alleen de ME-maskers en de Palestijnse shawls.
Door het masseren leerde ik veel over mensen en hun achtergrond. Het idee dat zakenmensen over lijken gaan, bleek voor een groot deel op vooroordelen te berusten. Vanuit de sauna kwamen mensen zonder make-up en enkel een badlaken om, bij me binnen. Door het uiterlijk kon ik niet meer misleid worden. Zo was er een prostituee die een vakbond had opgericht. Een prostitueemadam leende me een boekje over Boeddhisme en vegetarisch eten. Een bekende politicus vertelde over zijn twijfels en dat hij eigenlijk veel liever fotograaf was geworden. Het werden mensen voor me.

Principes zijn prima, toch is het goed om af en toe even te kijken of ze nog gelden. Zijn het niet ondertussen vooroordelen geworden? Ben ik te star? Is het wel zo? Zo langzamerhand heb ik er natuurlijk weer een hoop ideeën bij gekregen. Dus uitkijken geblazen. “Ik weet het niet” is heerlijk om te zeggen. Op het moment dat ik loslaat dat ik iets moet weten, schakel ik over op mijn intuïtie en dat geeft een veel beter resultaat. Het leven is vrijer en vrolijker en er is meer liefde. Niet weten ontspant! Ik verklaar hierbij: “Ik weet het niet!”


zaterdag 22 maart 2014

Presenteren als Mark Rutte


Deze week gaf ik een training aan de VU: Presenteren voor eerstejaars studenten economie en bedrijfskunde. Je kon zien dat een aantal dit eerder hadden gedaan.
Twee jongens wilden de politiek in. Ze hadden Mark Rutte en andere politici goed geobserveerd. Als twee druppels water deed één van hen zijn betoog á la Rutte. Een andere jongen bewondert Matthijs van Nieuwkerk, dat was ook duidelijk te zien. Ik was onder de indruk en vroeg of ze thuis voor de spiegel hadden geoefend. Ja hoor... dat hadden ze gedaan en dat werkt. Voor ik zelf begon met het geven van lezingen, fantaseerde ik - al fietsende - dat ik een lezing gaf.  Dat helpt om het waar te maken. Nu breng ik alles in praktijk waar ik vroeger over fantaseerde. Overmorgen zie ik ze weer en dan gaan we oefenen met het jezelf zijn. Dan mogen ze de trucjes weglaten en hoop ik de echte authentieke jongens te zien.

Het is twee dagen later en vandaag had ik dezelfde groep weer.  En ja, dit keer zonder de maniertjes. Ze waren zichzelf en ongelooflijk goed. Ik weet nu alle ins en outs van de Euro en hoe de Europese economie in elkaar steekt. Ze waren overtuigend en keken ons, het publiek goed aan. Ze wisten waar ze het over hadden. Ik begon te twijfelen of ze wel eerste jaars waren. Ze kwamen zo volwassen over.

We hadden het over debatteren. Je begint met een stelling en houdt aan je mening vast en probeert de ander te overtuigen van je gelijk. Ik vroeg: "luisteren jullie ook naar de mening van de ander en zeg je dan wel eens: "Daar zit wat in..." “Nou nee”, antwoordden ze zoals ze hadden geleerd: “dat is niet de bedoeling van debatteren”. Dat zie ik ook terug in de tweede kamer. Heeft iemand wel eens één van onze politici tegen een ander horen zeggen: "Wat je daar zegt... daar heb ik nog niet zo over gedacht. Daar heb je gelijk in!"
Wat zou dat een geweldig moment zijn. Dat is echte communicatie en dat leidt tot efficiëntere oplossingen voor het land.

Ik doe wel eens een spel met groepen, een ruiloefening. De één geeft de mening van de ander en de ander van de één. In het begin zijn ze in de war maar even later verkondigen ze elkaars mening met net zo veel verve alsof het hun eigen mening betrof. Opeens zien ze dat daar ook wat in zit, krijgen daardoor meer overzicht en kunnen hun mening vormen vanuit een veel breder perspectief.

Het was heerlijk werken met die studenten. Het duurt vast niet lang voor ik één van hen terugzie op tv: "Ha, de nieuwe minister president... die heb ik nog getraind en verhip: hij luistert!!!"

vrijdag 21 maart 2014

Het kuiken met één pootje

Rond mijn negentiende werkte ik een tijdje in een jeugdherberg in Londen. In de vijver voor mijn raam zwom een eend met vijf kuikens. Eén van de kuikens miste een pootje en kon alleen maar rondjes zwemmen en was dus niet in staat mee te zwemmen met de anderen. Heb het meegenomen en verzorgd. Ik moest de slaapzalen dweilen en deed het kuikentje heel voorzichtig in de borstzak van mijn overall om het warm te houden. Daar zat ie heel stil.

Onze directeur was een heel strenge man en we waren allemaal bang voor hem. Nooit kwam hij kijken maar dit keer kwam hij de slaapzaal in. Mijn hart begon te bonken van angst en ik hoopte dat het kuiken stil zou blijven en hem niet op zou vallen. Nee hoor... op het moment dat mijn baas iets zei begon het kuiken te krijsen. De man liep sluipend naar me toe, keek naar mijn borstzak waar het kuiken wild bewoog en vroeg verbijsterd: "Wat heb jij daar nou?" Tot mijn verbijstering begon hij te huilen en riep: "Oh, little ducky, little ducky!!!" en hij nam het mee om te verzorgen in zijn ligbad. Wel zo fijn voor het vogeltje. Na een week kwam hij naar me toe en zei in tranen: "Little ducky died." Een paar maanden later ontsloeg hij één van ons omdat ze een klontje suiker had gebruikt van de verkeerde tafel.

Zo werkt het vaak met harde mensen, diep van binnen zijn het zachte eitjes.



Vijver voor mijn raam in Holland House Youthhostel


dinsdag 4 maart 2014

Ouders en Studiekeuze.

Mocht de laatste maanden een aantal workshops geven voor ouders hoe ze hun kinderen kunnen ondersteunen bij het maken van hun studiekeuze. Voor me een zaal vol liefdevolle ouders die het allerbeste met hun kinderen voor hebben. De kinderen moeten zeer binnenkort een keuze gaan maken. Zoals veel scholieren doen ze dat het liefst op het laatste moment en de ouders maken zich zorgen. Die willen het 't liefst overnemen en hun kind met de neus op de feiten drukken: Doen! Hoe meer druk, hoe meer de kinderen in hun games duiken of in andere zaken.  Ach, ik kan het mezelf nog goed herinneren als mijn moeder op mijn lip zat. Er waren nog geen games maar wel boeken en ik verstopte me met boek en al op de wc.

Tijdens het gesprek gaat het over het noemen van vijf kwaliteiten van de kinderen en één valkuil. Een aantal ouders schrijven meteen van alles op en anderen moeten heel lang nadenken. De valkuil weten de meesten meteen. Gelukkig schuilt achter elke valkuil een kwaliteit en daar gaan we naar op zoek. Een vader wist echt niet te bedenken wat voor talenten zijn kinderen hebben. "Ze gamen alleen maar.." zei hij (zelf arts) somber.
Wat voor talent schuilt er achter gamen? We dachten even na en al snel kwam: snel schakelen, concentratie, oplossing gericht. Sommige gezichten klaarden op... oh zit dat er achter?

Eén dame kijkt me woedend aan en zeg venijnig: "Er moeten hier wel keuzes gemaakt worden!". Oei... ik zie al voor me hoe ze dat op die manier tegen haar dochter zegt. Ik vroeg haar hoe ze dat aan haar dochter overbrengt en ze moest toegeven dat het er ook zo uitkomt. En hoe reageert dochter? Die rent boos naar haar kamer en doet de deur dicht. Eerlijk gezegd zou ik dat ook doen. Irritaties zitten aan beide kanten hoog.

Uitademen is hier in eerste instantie de beste remedie. Hoe meer irritatie van beide kanten hoe hoger de adem en andersom... pffffffffffffffffffffffffff. Hoe meer je er bovenop zit hoe meer de ander van ons weg wil.

Als ouders wat meer vertrouwen hebben is er kans dat de kinderen zelf verantwoordelijkheid nemen. Het is ook mogelijk het wat speelser te brengen. Het kwaliteitenspel van Daniel D. Ofman leent zich daar uitstekend voor.
Gebruik de kwadranten als spel om achter ieders talenten, irritaties, valkuilen en uitdagingen te komen en wat je als gezin of vrienden van elkaar kunt leren. In plaats van elkaar via de irritaties bestrijden is het mogelijk juist van elkaar te leren.

Een coachcliënt die dat met zijn kinderen deed was dolblij en kwam met zijn kinderen naar me toe om te vertellen dat ze elkaar en zichzelf nu beter begrepen..


Kijk eens op deze link bij Kernkwadranten afbeeldingen. Daar staan een hoop voorbeelden van verschillende talenten, irritaties, valkuilen en uitdagingen. Kijk eens wat je herkent in jezelf en elkaar.

Lees ook: Bezieling en kwaliteit in organisaties van Daniel D. Ofman.