zondag 29 november 2015

Legally Blonde

 "Ik heb zo'n moeite met een vrouw die ik ken van de sportschool. Ze is zo nep! Platinablond haar, strakke leren pakjes aan en een roze handtas. Alles aan haar is onecht en het ergste is: ze is nog aardig ook en groet me en maakt een praatje en dat wil ik niet. Denk elke keer als ik haar zie 'Oh nee... daar heb je haar!' Wat moet ik nu?" vraagt een radeloze vriendin.

"Wat denk je dat sommige mensen van ons vinden: Zo'n moeite met dat ongeverfde grijze haar, zo saai en dan die platte schoenen, zo onelegant en ze doen niets om de boel wat op te fleuren. Rugzak op de schouders en altijd die spijkerbroeken. Het ergste is, ze zijn nog aardig ook en willen steeds een praatje houden... O God, daar komen ze weer"

"Haha, I've got the point en nu kan ik niet wachten tot ik haar weer zie en een praatje met haar kan maken".

"Oh ja, nog wat... kijk eens naar de film: 'Legally blonde'!"




www.marjaruijterman.nl

donderdag 26 november 2015

'Wij gaan niet over lijken!'

Mijn vader werkte zo'n dertig jaar lang bij een meubelstoffeerderij in de Pijp in Amsterdam. Ben eens langs geweest en zag een kleine stoffige ruimte met een aantal medewerkers die tussen stapels banken en allerlei pluizig materiaal zaten te stofferen. Mijn vader was nooit ziek en ondanks soms zware hoofdpijn door een schedelbasisfractuur die hij opliep in de oorlog, werkte hij door. Jarenlang werkte hij voor het minimumloon. Mijn ouders waren er tevreden mee: "Wij zijn rijk van binnen!" zei mijn moeder altijd. Ooit wilde de baas een chef ontslaan om mijn vader zijn plaats te geven. Hij kwam bij ons thuis langs om het voor te stellen. Mijn moeder zei bits: "Wij gaan niet over lijken..." en zo bleef mijn vader met hetzelfde salaris doorwerken.

Tot hij op zijn drieënzestigste zwarte vlekken voor zijn ogen kreeg. Zijn netvliezen raakten los, volgens de artsen door de zware lijm waarmee gewerkt werd zonder bescherming. Hij ontving geen bezoek of kaartje van zijn werk en zijn baas kortte zijn loon met de helft omdat hij niet kwam werken. Mijn vader was zo geschokt dat hij helemaal niets meer zei en het was toch al geen prater. Mijn moeder, die normaal zich niet zo snel van de sokken liet blazen was ook stil gevallen. Ik was woedend en heb even met een steen in mijn hand aan de overkant gestaan om m door de ruit te smijten. In plaats daarvan schakelde ik een pro deo advocaat in en die zorgde ervoor dat hij zijn salaris weer volledig kreeg. Ik belde mijn vaders huisarts en zij zorgde ervoor dat hij niet meer naar zijn werk terug hoefde. Vanaf die tijd was hij vrij tot hij vorig jaar op zijn vijfennegentigste stierf.

Al die jarenlang droomde hij 's nachts dat hij aan het stofferen was en zelfs het laatste jaar zat hij af en toe op zijn draaistoel te suffen en droomde dat hij zijn naald liet vallen. Hij vond zichzelf al graaiend met zijn handen over de grond, terwijl hij al nagenoeg blind was. Hij moest er zelf om lachen. Ik vond het altijd wat sneu dat hij nooit van zijn werk afkwam en dat hij al die jaren voor een schijntje in zo'n stoffige ruimte had gewerkt.

Tijdens de laatste gesprekken die ik met mijn vader had voor hij stierf vroeg ik hem: wat zijn de mooiste momenten in uw leven geweest? Tja, wat denk je? Was het met mijn moeder? Of met mij tijdens uitjes? Nee hoor: "Mijn werk!" antwoordde hij. "Daar heb ik zo van genoten." Zo zie je maar weer: wat ik dacht dat hij voelde bleek alleen maar mijn idee te zijn.




maandag 23 november 2015

De vanzelfsprekende koelkast

Gisteravond lekte de koelkast. Er moest wat ijs van het vriesvak weggeslagen en in het weekend maak ik 'm schoon. Dacht aan de vliegenkast op de veranda in de 1e Jan van der Heijdenstraat. We hadden in de 50er en begin 60er jaren nog geen koelkast en ma bewaarde etenswaren in de winter in de vliegenkast. Wat een weelde dat we nu eten langer goed kunnen houden met een koelkast als we die tenminste bijhouden qua ijsvorming. Vond een foto op Funda van onze oude balkon. Niet zoveel veranderd maar ik vermoed geen vliegenkast meer.
Judith en ik aan het swingen op dat zelfde balkon.









dinsdag 17 november 2015

Werkdruk en agressie in de zorgsector

Af en toe geef ik trainingen over omgaan met agressie in zorgcentra. Er komt nogal wat op de medewerkers af. Het is in de loop der jaren meer geworden omdat ze verantwoordelijk worden gehouden voor de bezuinigingen. Zij zijn degenen die het moeten uitvoeren dus zij krijgen de agressie van dochters en zonen en de bewoners zelf over zich heen. Niet altijd natuurlijk het gaat meestal goed, maar toch... Zag zelf hoe de dochter van de buurvrouw van mijn vader in het zorgcentrum te keer ging tegen een overwerkte verzorgster die ik weet niet hoeveel mensen in haar eentje moest helpen. Ik stond ook te wachten en zei tegen mijn collega-dochter: "heeft u enig idee hoe hard deze vrouw werkt? We kunnen best even wachten." Ze gaf me gelijk en was rustig.

Tijdens zo'n training komt er natuurlijk een hoop los maar we hebben het ook over onze eigen agressie. Oei... ja als blikken konden doden waren er heel wat slachtoffers gevallen. Ik was ooit ook zo ongelooflijk agressief. Altijd wel kwaad op wat iemand me had aangedaan of zelfs misschien al zou aandoen. Als iemand me niet aanstond qua uiterlijk dan keek ik die persoon niet aan en ging haar/hem uit de weg. Mannen ging ik sowieso al uit de weg. Als ik het vertel liggen ze allemaal dubbel en ze herkennen het ook. Niet van die mannen maar wel van mensen die ze niet aanstaan op het eerste gezicht. Als ze ongesteld zijn of in de meno of peno-pauze en snel geïrriteerd zijn naar collega's of anderen in de omgeving.

Een vrouw had ooit een flinke haal met de lange nagels van een oudere dame over haar blote arm gekregen. Vanaf die tijd was ze uren van te voren al opgefokt als ze die dame in haar steunkousen moest helpen. Ze kwam binnen met een soort valse glimlach en had lagen shirts en truien aangetrokken. De dame had altijd iets op te merken op een grimmige manier. We hebben geoefend met haar gedachten en ademhaling. Ten eerste: 'die dame heeft vast van alles meegemaakt dat ze zo geworden is. Laat ik haar open benaderen en op de uitademing naar binnen.' Van te voren deed ze al ademhalingsoefeningen. (Ja, werken in de zorg vraagt wat van een mens!) Het werkte, de volgende keer dat ik haar zag zei ze verrukt dat ze nu rustig is van te voren, open naar binnen gaat en rustig is tijdens de handeling. De dame is een stuk vriendelijker geworden.
Het werkt natuurlijk niet altijd. Als mensen dement zijn of heel erg vast zitten in hun grimmigheid ontdooien ze niet altijd zoals deze dame maar vaak ook wel. Wat je uitstraalt krijg je meestal terug.
In ieder geval geeft het onszelf meer rust zowel in het werk als in ons privéleven.

Wil trouwens niet zeggen dat er snel iets moet worden gedaan aan de overbelasting in de zorg. Mensen kunnen zelf een hoop aan eigen stress doen maar als de werkdruk te ver wordt opgevoerd is er geen dweilen meer aan. Kom veel mensen tegen die de zorg hebben verlaten omdat het ze tegen een burnout aanzaten of er al twee hadden gehad. Ook omdat ze zich niet meer vanuit hun hart konden werken en mensen de zorg mochten verlenen die zij zelf nodig achten door de vele bezuinigingsmaatregelen. Doodzonde want die mensen heb we hard nodig.





donderdag 12 november 2015

'Niks is voor niets'

Ach ja de wonderen zijn de wereld nog niet uit. Hou je vast, dit wordt een heel ingewikkeld verhaal maar het zit vol web-draden die met elkaar in verbinding staan.
Van de week sprak ik een vriendin van zo'n vijfentwintig jaar geleden. We zagen elkaar voor het eerst toen ze bij me kwam als shiatsumassage-client. Haar moeder was bevriend met Pieter, een vriend van mij. Ze vroeg hem of hij een masseur kende voor haar dochter en hij gaf mijn naam door. We raakten bevriend. Ik nam haar mee naar de meditatieschool waar ik toen mediteerde en ze was zo enthousiast dat ze er twaalf jaar is gebleven.
Hoop dat ik nog te volgen ben. Nu belde ze me dat ze me weer wilde zien en we hadden dus een hoop bij te praten. Wat blijkt: de fysiotherapeut die mij een paar maanden geleden masseerde voor een frozen schoulder is de zoon van haar vriend.

Ik ben matzeverslaafd en eet elke morgen matzes en op de doos staat: 'Niks is zo lekker!' Nu vond ik dat zinnetje altijd erg vreemd... niks? Zou het niet 'niets' moeten zijn? Dit is spreektaal, waar ik wel van hou en is het een Amsterdammer die dat zinnetje heeft bedacht? Omdat ik al jaren die matzes eet zie ik ook al jaren dat zinnetje en elke keer denk ik er weer aan. 'Ik zou wel eens willen weten wie dat heeft bedacht'. En ja hoor, het antwoord kreeg ik, vraag en u zal geantwoord worden: haar vriend heeft dat zinnetje ooit bedacht, het is inderdaad spreektaal en hij is Amsterdammer. 't Is geen levensinhoudelijke vraag maar toch leuk.

Pieter Hardon was ooit mijn mentor in de training en coachwereld en ik heb veel van hem geleerd. Hij stierf op 65 jarige leeftijd op de fiets in de bossen in Lochem aan een hartaanval. Hij was een paar maanden dood toen ik werd uitgenodigd op de koffie door iemand die ook verhalen schrijft en we waren erg dol op die van elkaar. Verder wist ik niets van haar. Net voor ik wilde vertrekken belde ze: "Mar, neem een foto mee van iemand die is overleden!" Ik vroeg waarom? Tja, ze bleek medium te zijn van beroep. En ja hoor Pieter kwam door. Hij vertelde dat hij het heerlijk had daar maar dat hij had ontdekt wat hij allemaal had laten liggen in dit leven en dat hij dat snel wilde inhalen en gauw weer zou reïncarneren. Typisch Pieter, die wilde nooit effe gewoon praten als ie op de koffie kwam maar meteen de diepte in want hij had geen tijd te verliezen. Ik kreeg ook allemaal info voor zijn vriendin die ik door moest geven. Dat heb ik aarzelend gedaan en ja hoor: het klopte allemaal.

Een maand later gaf ik een training in een heel chique zorginstelling in Lochem. Terwijl ik eerst een rondleiding kreeg bedacht ik me ineens: 'Ai, dit is vast de zorginstelling waar Pieters moeder woonde'. Ja hoor... iedereen kende hem en van het keukenpersoneel tot aan de directie: ze hadden allemaal diepe gesprekken met Pieter gehad als hij bij zijn moeder logeerde. Daar kwam niemand onder uit en velen waren in tranen en ik moest ook wat wegslikken voor ik met de training begon. Voelde dat hij erbij was en we deden samen de training zoals we dat vroeger ook wel deden.

Had dus een prachtig verhaal voor mijn vroegere vriendin en tja: Niks is voor niets...







dinsdag 10 november 2015

Doden als spel

Las dat Stephen Hawkings waarschuwde voor robots in oorlogen. Dat gaat meer levens kosten. Tijdens het lopen op de loopband in de sportschool zag ik een programma over Posttraumatisch stresssyndroom bij ex-militairen. Het was zo interessant dat ik niet meer kon stoppen met lopen. De mannen werden meestal door hun vrouw gestuurd, die het niet langer konden aanzien: "Jij doet iets aan jezelf of je gaat eruit". Ze lagen alleen nog maar op de bank, deden niets meer, zoals een man die zich tijdens de vakantie in Turkije in de kelder van het hotel verstopte. De meesten hadden er zelf niet eens erg in dat er iets aan de hand was. Het waren ontroerende gesprekken met mannen die eindelijk mochten huilen, erkenden dat het fout ging en langzaam maar zeker weer gingen voelen. Soms na het stoppen met medicijnen, al schilderend en wandelend met een speciaal opgeleide hond: "Kom baas, we moeten naar buiten!"

Een tijd geleden sprak ik bij een lezing, over meditatie nota bene, een militair die me vertelde dat hij geen last zou hebben van PTSS omdat hij de precisiebombardementen alleen op een schermpje had uitgevoerd en daardoor niet zag wat er op de grond gebeurde. Ook als bleek dat er burgers bij betrokken waren. "Dat is het risico van het vak", zei hij. Ik keek hem verbijsterd aan... zo werkt dat dus. Hoorde zelfs dat ze speciaal mensen nemen die heel goed zijn in oorlogsspelletjes op de computer en daaraan verslaafd zijn. Kunnen ze gewoon doorgaan met hun hobby maar nu in het echt. Het verschil lijkt heel klein. Bingo!... target geraakt, pilsje verdiend.

Defensie is heel goed in het rekruteren van jonge mensen met advertenties als: 'Salaris tijdens je studie? Defensie zoekt technische helden' en nog zo wat. 'Jonge mensen die het avontuur niet schuwen en mensen willen helpen verdedigen in verre gebieden'. Er staat niet: 'Defensie zoekt mensen die een Posttraumatisch Stresssyndroom willen oplopen. Die over een paar jaar als helden thuiskomen en dan het huis niet meer uitkomen en zich verstoppen in de kelder'. Denk dat dat geen nieuwe helden oplevert.

Terwijl ik dit zo schrijf komt er iets anders bij me op... wie ben ik om hierover te oordelen? Wie weet heeft de militair deze ervaring juist nodig? Heb ik deze ervaring met hem nodig om me te realiseren dat ik niet hoef te oordelen, heeft deze wereld oorlogen nodig om onszelf te hervinden?

Daarbij maken velen de stap in het leger te gaan met de persoonlijke missie iets voor de wereld te betekenen. Ze zijn bereid hun leven te offeren om andere volken of ons eigen land te beschermen, te helpen bij opbouw van verwoeste gebieden. Wij zijn bevrijd door dappere jonge mensen die, meestal gedwongen, hun leven hebben gegeven of zwaar gewond zijn geraakt. Door deze mensen hebben we hier in deze hoek van de wereld, na de oorlog, in vrede kunnen leven en hebben we genoeg te eten.

Ook al staan we lijnrecht tegenover elkaar en zijn we toch bereid te luisteren en onszelf te openen dan kunnen er wonderen gebeuren. Het gebeurt en er zijn vele voorbeelden van, de vrede breekt uit, al is het op minischaal. We zijn allemaal verantwoordelijk voor onze eigen vrede van binnen. We kunnen alleen maar vrede in onszelf vinden en dan daar wat van verspreiden.










zaterdag 7 november 2015

Wrok en waarachtige empathie

Tijdens de training bij een zorginstelling ging het over het verwerken van emoties. Opeens begon een man te huilen. Hij snikte het uit... het kwam met golven. Wat was er aan de hand? Hij had iets heftigs meegemaakt zo'n zeven jaar geleden en zijn leidinggevende zei in plaats van "Ga zitten joh en vertel": "Hier mag je nooit en te nimmer over praten! Dit blijft onder ons". Zowel de gebeurtenis als de reactie van de leidinggevende zat al die jaren als een dikke prop in zijn lijf en kwam opeens los.
Hoor het vaker bij organisaties... er was een calamiteit en soms was er prima opvang door het bedrijfsopvangteam maar als de manager verkeerd reageerde: "Joh maak je niet druk en ga weer lekker aan het werk" dan blijft dat vaak nog langer hanger dan de calamiteit zelf. Zovelen lopen rond met wrok over wat managers ooit hebben gezegd of juist nagelaten.

Zonde van je leven. Wrok blijft in je lichaam steken en doet iets met al je spieren, cellen en je brein. De manager loopt al jaren rond met het idee: "Dat heb ik effe mooi opgelost" of zijn het voorval vergeten. Verwerken is zo belangrijk. Sommigen willen de wrok vast houden als een soort wraak maar je hebt er alleen jezelf mee.

Hoe verwerk je zoiets? Tja er zijn verschillende manieren en ieder heeft een eigen favoriete manier. De één loopt de marathon, de ander heeft een boksbal op zolder en weer een ander moet juist praten. Accepteren dat het is gebeurd en dat het een onderdeel is van je ontwikkeling helpt ook en je gevoelens niet uit de weg gaan maar voelen wat er te voelen is. Hoor van verschillende mensen dat na een trauma emdr therapie efficiënt werkt. Opkroppen is funest en kan tot een burn-out leiden, wat op zich ook niet zo gek is. Een burn-out dwingt je om iets te doen aan jezelf.  Je hoeft het echter niet zover te laten komen. Sommige managers hebben geen idee wat hun opmerkingen teweeg brengen en een training Waarachtige Empathie is geen overbodige luxe.

Voor zowel de wrokkers als de managers: werk aan de winkel. Zo, dat moest er effe uit, schrijven helpt ook!


zondag 1 november 2015

Leven in mijn eigen film

Gisteravond waren we bij de bioscoop Rialto in de Pijp in Amsterdam. Kwam daar al als kind vol spanning over het te beleven avontuur. Gisteravond stond een vriendelijke dame in het bioscoopcafé de heerlijkste paella te maken en het was lekker warm en gezellig binnen dus we aten een hapje mee.

Terwijl we zaten te eten kwam mijn hele verleden langs. Een oude bekende van de Brahma Kumaris, de meditatieschool waar ik jaren mediteerde, een maatje van de shiatsuschool, een vrouw die ik nog ken van de trainingen bij de Openbare bibliotheek waar ik ook mee op een koor zat. Zag wat vaag bekende gezichten van de vrouwenbeweging en al die beelden en gevoelens uit mijn verleden mengden zich door me heen. 

Ook het voormalig hoofd van een afdeling van de bibliotheek waar ik een aantal keer een training gaf kwam langs met haar man. Hij was iets hoogs bij de Stadsdeelraad en kwam ooit bij mijn ouders omdat ze vijftig jaar getrouwd waren. Mijn moeder zat er al jaren op te wachten dat de burgemeester persoonlijk bij haar langs zou komen. Nou ja het was niet de burgervader zelf maar deze man straalde ook een vriendelijk vaderlijk gezag uit en de bedoeling was dat hij een speech zou houden in de woonkamer. Het liep anders. De man ging zitten, mijn moeder ging staan, postte zichzelf tegen zijn stoel aan en hield een speech van ongeveer een uur over zichzelf en wat voor geweldige dingen ze in haar leven had gedaan. De man bleef een uur lang vriendelijk knikken en zei toen dat hij nog een vergadering op kantoor had. Van zijn speech kwam niets meer maar mijn moeder was dik tevreden dat ze de 'burgemeester' eens goed had verteld wie ze was. Nu vertelde hij dat hij zeer had genoten van mijn moeders speech. 

Soms ga je naar een film en dan blijk je zelf midden in een film te wonen.