Wat heerlijk toch de zaterdagochtend. In mijn jonge jeugd moesten we op zaterdagochtend nog naar school. Mijn vader kwam me halen en dan liepen we naar de Eerste Jan Steenstraat in Amsterdam/de Pijp om de bladen halen. Mijn vader de Panorama (toen nog met prachtige tekeningen op de cover waar ik lang naar kon kijken), het Parool, de Eva (later de Viva), de Libelle en de Margriet voor mijn moeder en voor mij de Donald Duck. Vervolgens naar de bakker, die nog bestaat, in de Ferdinand Bol om kadetjes te halen en gebakjes, de slager op de hoek van de Jan van der Heijdenstraat/Ferdinand Bol met zaagsel op de vloer voor de pekelvlees en zielsgelukkig aten we de broodjes en de gebakjes tijdens het lezen van al die bladen. De koffiegeur verspreidde zich door ons kleine huisje in de Eerste Jan van der Heijdenstraat boven koffiehuis drie énen.
Zo netjes als mijn moeder was, zo makkelijk was ze in de wirwar op de grond van al die kranten en bladen. Later in de middag met mijn vader naar de Openbare Bibliotheek op het Roelofhartplein. We kwamen thuis met stapels boeken. Intussen had mijn moeder de bladen opgeruimd en hing er een heerlijke groentensoepgeur. Dan had ik het gevoel dat er een enorme rijkdom aan kennis en avonturen voor me lag. De zaterdag heeft nog steeds iets magisch. Nu met de kranten op mijn laptop, crackers met tahin en rettich.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten