Dit was het eind van onze gesprekken. De koek was op.
En dan de prachtige gesprekken die ik had met een vrouw die Krishna aanbad. We hadden zoveel gemeen en we zweefden samen op golven van spiritualiteit tot ze plotseling, met haar vinger dreigend naar me uitgestoken, zei: “Je moet Krishna als God zien, anders klopt er niets van je spiritualiteit!”
Ik maakte kennis met allerlei richtingen: bij de éne mocht je geen seks en geen uien, bij de andere geen vlees op vrijdag en bij weer een andere moest je het ijskastlicht met tape bedekken op zaterdag.
God zei tegen de één dat je naar het oosten moest buigen tijdens het bidden en tegen de ander dat je niet moest bidden maar mediteren. Voor sommigen moest dat vijf keer per dag en voor weer anderen drie keer. Sommigen mochten een vrouw geen hand geven en anderen moesten dat juist.
Twee boeddhistische vriendinnen keken me meewarig aan en zeiden dat ik nog niet zo ver was omdat ik God niet los had gelaten. Tja, wat moet je dan? Wat is nu de waarheid?
Je komt thuis na dit leven en je staat voor God. Hij kijkt je woedend aan en zegt: “Op 2 maart 1988 heb jij een ui gegeten!” Of: ”Jij hebt het licht van de koelkast aan laten staan op 3 februari 2004!”
“Je hebt gevreeën op zaterdag 10 december! Foei!” “Je boog te veel naar het zuiden op 2 maart 2005 en je geloofde nog in me tot het einde, terwijl je me allang los had moeten laten!”
Binnen en buiten al die stromingen kom ik mensen tegen die de regels niet zo nauw nemen en die hun hart wijd open hebben staan. Warmte straalt me tegemoet als ik hen zie. Ik zie atheïsten die diezelfde liefde uitstralen en in de meest vreselijke oorden mensen helpen. Ik ontmoet doodgewone mensen die zomaar op een bankje in het park, levenswijsheden die niet uit boekjes komen, aan anderen doorgeven. Mensen die, al dan niet gedoopt of besneden, liefde verspreiden.
Regels en rituelen zijn middelen om de connectie met God te ervaren. Als ze echter de hoofdmoot worden, dan werken ze eerder als een blokkade. Ik ken mensen die doodsbang zijn als ze een regel hebben overtreden. Er is dan altijd iemand die zich opwerpt als boze rechter, Gods afgevaardigde op aarde. Als we gekwetst zijn in naam van God is het eigenlijk ons ego dat gekwetst is. We gebruiken God als machtsmiddel voor onze eigen strijd. We maken van God een karikatuur van ons eigen gekwetste ego. God kan niet beledigd zijn als we een regel overtreden of als we hem bespotten.
Moslims zijn beledigd over spotprenten en anderen zijn weer beledigd omdat de moslims het niet pikken. Zo zijn we met ons allen beledigd en denken we het meeste recht te hebben op het slachtofferschap.
God of Allah, de bron, of hoe je hem/haar wilt noemen, is liefde. Angst blokkeert de ervaring van liefde. Die liefde en kracht zijn er altijd. Zomaar om door ons heen te laten stromen en te gebruiken en door te geven. Dat gaat eeuwig door. Soms vergeten we het en weten we niet meer waar de deur zit. Als we hem weer vinden hoeven we alleen maar te kloppen. Hoe we dat doen mogen we zelf weten.
Als ik naar zo ongelooflijk veel getuigenissen van Bijna Dood Ervaringen kijk en luister krijg ik een aardig beeld van een gigantisch Liefdevolle energie waar we allemaal deel van uit maken. Geen oordeel, geen straf alleen diep zelfinzicht en Thuis komen.
Had zelf ooit twee keer een Lichtervaring en dat gaf me de energie voor jaren van Liefde in mijn hart.
Ooit zag ik een plaatje waarop God als stralende zon naar alle kanten schijnt. Mensen trekken met lange touwen aan hem en roepen: “Hij is van ons!!” “Nee, hij is van ons!” God trekt zich nergens wat van aan en straalt rustig zijn stralen naar iedereen om hem heen.
Uit: Niets meer te bewijzen
7 opmerkingen:
Hi Marja, Ik sluit mij graag aan bij jouw conclusie. Mijn relatie met God gaat niet om regels maar om de liefde.
Zo voelt het voor mij ook. Ik ga niet in strijd met welke waarheid waarheid is. Bewaarheid wordt enkel dat goed voor je is. Daar moet je zelf achter komen. Ontvankelijkheid is de tegenhanger van jezelf opsluiten binnen dogma´s. Dan maak je middel)en' tot doel.
mooi gezegd.
Hou het simpel, spontaan en liefdevol.
Mooi... ik heb dezelfde vannacht in een iets andere setting gelezen als in de monnik... maar grappig dat hij gewoon twee keer binnen 24 uur op mijn pad komt...
"De mens is er niet voor de sabbath. De sabbath is er voor de mens."
Marja, er zijn twee Constandse's geweest die elk één van mijn levens heeft gered.
Een dokter Constandse uit Krabbendijke, waarnemend in Zoutelande, die mij niet op de fiets naar huis liet gaan nadat ik bij Zoutelande wegens een infarct in elkaar was gezakt, maar mij onmiddellijk naar de IC in Vlissingen stuurde, en zo mijn lichamelijk leven redde.
En ene Anton Constandse, welbekend van de VPRO, die met zijn boek "Bevrijding door Verachting" mijn geestelijk leven heeft gered.
Ik ben ze beiden zeer dankbaar.
God is geen persoon, daar ergens, evenmin als "Ik" of "Wij".
De wereld bestaat uit Objecten in ons Bewustzijn.
Hoe goed we ook zoeken, we kunnen de waarnemer (Subject) van de wereldse Objecten niet zien. Het Subject is geen object en dus geen persoon en heeft dus evenmin eigenschappen, laat staan meningen.
- Het oog dat ziet maar zichzelf niet zien kan.
Mystici uit alle tijden en uit alle culturen hebben het gezegd : "Mijn wezen is God", "Het oog waarmee ik zie valt samen met het oog van God", "Je ware wezen (Atman) is het Goddelijke Absolute (Brahman)", "Ain-Soph is onpersoonlijk en zonder eigenschappen".
In mijn woorden : "Je bent de onbegrensde kennende ruimte waarin alles zich afspeelt" Je bent geen poppetje "in de wereld", evenmin als God.
Wie zei ook weer "Ik ben het Licht van de Wereld" ? = hetgeen het ervaren van de wereldse objecten mogelijk maakt...
Een reactie posten